Eén dag voortgezette beroepsopleiding per werknemer per jaar
13.10.2014Vanaf 1 januari 2015 moeten sectorale cao’s over vormingsinspanningen voorzien in minimaal het equivalent van één dag voortgezette beroepsopleiding per werknemer per jaar.
Bijkomende verplichting
Generatiepactwet
Vandaar dat het nieuwe KB nu het KB van 11 oktober 2007 aanvult dat een bijkomende werkgeversbijdrage ingevoerd heeft voor werkgevers die behoren tot sectoren die onvoldoende opleidingsinspanningen realiseren. De aanvullende opleidingsbijdrage voor werkgevers uit slecht presterende sectoren zal voortaan besteed worden aan bijkomende projecten voor risicogroepen.
Het geld zal dus niet meer naar het stelsel voor het betaald educatief verlof vloeien. Dat blijkt uit het opschrift van het KB van 11 oktober 2007: de verwijzing naar de financiering van het betaald educatief verlof wordt geschrapt.
Bedoeling is dat het geld terugvloeit naar werkgevers die op het vlak van de tewerkstelling van risicogroepen goed presteren. Ook dat blijkt uit het nieuwe KB. In het KB van 11 oktober 2007 worden de verwijzingen naar het stelsel van het betaald educatief verlof geschrapt. Zo heeft men het bijvoorbeeld niet langer over werknemers voor wie de werkgever de gewone bijdrage voor betaald educatief verlof verschuldigd is. In de plaats komt een verwijzing naar de arbeidsovereenkomstenwet en de algemene beginselenwet.
De opbrengst van de bijdrage wordt doorgestort naar de RSZ. De nieuwe verplichting wordt opgenomen in dezelfde cao’s als de cao’s met verplichtingen over bijkomende opleidingsinspanningen. De directeur-generaal van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de FOD WASO maakt een lijst over aan de Nationale Arbeidsraad (NAR) en de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven (CRB) van sectoren die minimaal in het equivalent van één dag voortgezette beroepsopleiding hebben voorzien.